Isoleren, innoveren en faseren zijn de randvoorwaarden voor verduurzaming

0
1

Dit is de boodschap van Maxime Verhagen, sinds 2013 voorzitter van Bouwend Nederland, de vereniging van bouw- en infrabedrijven met ongeveer 4300 aangesloten bouwbedrijven. Hij was onder andere fractievoorzitter, minister van Buitenlandse Zaken, minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en van 2010 tot 2012 vicepremier. “Tot 2050 moeten 7,5 miljoen huizen worden verduurzaamd. Er moet een goede balans komen tussen isoleren, energie besparen en duurzame energie opwekken. Isoleren is altijd zinvol, ongeacht de toekomstige energievorm. Innoveren is nodig om efficiëntere renovatieconcepten te ontwikkelen.” Welke rol isolatie hierin speelt, legde de redactie van Isolatie Magazine voor aan Maxime Verhagen.

Wat is uw visie op de isolatiesector?

“Bij de transitie naar duurzame energie worden steeds meer woningen met laag temperatuur-systemen verwarmd. Dit vereist een hogere mate van isolatie dan bij hoge temperatuur verwarming op aardgas. Vrijwel de hele woningvoorraad moet daarom na-geïsoleerd worden. Het belang van isoleren was lang onderbelicht, de focus lag op duurzame energie. Maar dankzij Bouwend Nederland is isoleren in het Klimaatakkoord opgenomen als een essentiële en eerste stap in het verduurzamen van de gebouwde omgeving. De isolatiesector zal de komende jaren een cruciale rol blijven spelen om in 2050 alle 7 miljoen woningen en 1 miljoen gebouwen van het aardgas af te krijgen. Isolatie is de beste methode om energie te besparen. En energie die je bespaart hoef je ook niet op te wekken. Dat is dus de snelste methode om CO2 te reduceren.”

Hoe zit het met de samenwerking tussen de bouwwereld en isolatiebranche?

“Beide branches weten elkaar al goed te vinden. Ik voorzie dat zij de komende jaren nog nauwer met elkaar moeten blijven samenwerken en innoveren om de energietransitie te versnellen en de klimaatdoelen te halen. Bedrijven die niet alle werkzaamheden zelf uit kunnen voeren, moeten elkaar opzoeken of gaan samenwerken in consortia om gebouwen (stapsgewijs) energieneutraal te maken.”

Hoe kan deze samenwerking verbeterd worden?

“Ten eerste zou er nauwer samengewerkt kunnen worden op het gebied van innovatie. Bouwend Nederland hecht groot belang aan het opschalen van de energietransitie. Innovatie is daarbij hard nodig om gebouwen efficiënt te verduurzamen. Daar zijn onder meer bouwers en isolatiebedrijven hard bij nodig. Maar daarmee alleen red je het niet. We hebben ook fabrieken nodig die het mogelijk maken op grote schaal, in grote volumes tegelijk te isoleren. Beide sectoren zouden nauw samen moeten werken om de juiste producten hiervoor te maken. Daarnaast zie ik graag meer samenwerkingsverbanden ontstaan binnen de keten. Woningeigenaren willen geheel ontzorgd worden. Zorg daarom dat ze één aanspreekpunt hebben binnen het consortium die hen kan adviseren over combinaties van maatregelen waarmee zij hun woning stapsgewijs of in één keer energieneutraal kunnen maken. Informeert over financierings- en subsidiemogelijkheden voor de energiebesparende maatregelen, maar ook na afronding van de werkzaamheden desgewenst het onderhoud of de service van de genomen maatregelen verzorgt.”

Hoe kan de bouwwereld en isolatiebranche gezamenlijk optrekken in het kader van verduurzaming in de woningbouw en utiliteit?

“Het belang van goed isoleren is erg groot. Maar de devil is in the detail. Want wat is dat precies: ‘goed’ isoleren? Voor bepaalde woningtypen kan een energielabel B wellicht de hoogst haalbare isolatiegraad zijn, denk bijvoorbeeld aan een monumentaal pand, maar bij een andere categorie woningen kunnen we zelfs richting A+ of zelfs A++. De gekozen energievorm, het type woning en keuze voor installaties zijn zeer bepalend voor de benodigde isolatiegraad van de woning. Als dit niet in verhouding is, zijn woningen niet comfortabel warm te krijgen! Voor de benodigde isolatieniveaus moeten we gezamenlijk eenduidige normen vaststellen per woningtype. Vanuit het Klimaatakkoord zijn afspraken gemaakt om te komen tot standaarden en streefwaarden die aangeven wat voor de meest voorkomende woningtypen passende isolatiemaatregelen zijn. Ook voor de verduurzaming van de utiliteitsbouw wordt gewerkt aan een streefdoel voor 2030 en een wettelijke eindnorm voor 2050 voor gebouweigenaren/verhuurders van utiliteitsgebouwen (zoals kantoren, winkels, overheidsgebouwen). Ik verwacht dat deze normen de bouw- en isolatiebranche handelingsperspectief zullen geven en zij intensiever met elkaar kunnen samenwerken in het ontwikkelen en aanbieden van verduurzamingsmaatregelen.”

Ziet u ook een rol weggelegd voor de bouwwereld ten aanzien van voorlichting op het gebied van isolatie?

“Het is belangrijk om de particuliere woningeigenaar zoveel mogelijk te ontzorgen bij deze transitie. Van advies, tot uitvoering en nazorg. Het is belangrijk om de burger per woningtype duidelijkheid te geven wat de beste oplossingen zijn voor hun woning. Woningen die gebruik kunnen maken van duurzame energie moeten beter geïsoleerd worden om het huis comfortabel te houden. Bouw- en isolatiebedrijven zouden consumenten beter voorlichting moeten geven en laten zien dat isoleren een zogenaamde no-regret maatregel is. Je woning isoleren levert altijd meer comfort op en ongeacht wat de nieuwe duurzame energiebron van een woning wordt, bespaar je zowel geld als energie.”

U stelde ooit voor om een deel van de subsidies voor hernieuwbare energie in te zetten voor de isolatie van woningen. Hoe ziet u dat voor zich? 

“Het tempo van de energietransitie ligt te laag. De regering heeft het verdrag van Parijs geratificeerd. Dat betekent dat zij zich hebben verplicht om de klimaatdoelen te halen. Ze moeten hiervoor de juiste voorwaarden scheppen waarbinnen de doelen gehaald kunnen worden. Die voorwaarden bestaan uit duidelijkheid over de keuzes ten aanzien van de energietransitie per wijk, vraagbundeling, stimulerende subsidies en innovaties. Voor eigenaar-bewoners die verduurzamingsmaatregelen als isolatie en duurzame installaties willen nemen, is er de Subsidie Energiebesparing Eigen Huis (SEEH) en de Investeringssubsidie Duurzame Energie (ISDE). Die subsidies moeten vooral gehandhaafd blijven. Dat geldt ook voor de salderingsregeling. Ik geloof echter niet dat particulieren daardoor op korte termijn massaal hun huis zullen gaan verduurzamen. Er zijn relatief weinig mensen die investeren in de verduurzaming van hun huis puur vanwege het milieu. Voor de overige mensen geldt dat ze de kosten willen terugverdienen via de lagere energielasten. Maar dat lukt meestal niet. Daarom speelt naast subsidies de gebouwgebonden financiering wat mij betreft een belangrijke rol. De lening voor verduurzaming gaat bij de verkoop van een huis over naar de volgende eigenaar.”

Welke tips wilt u de isolatiebranche meegeven?

“Het tempo van de energietransitie moet omhoog om de hoge klimaatdoelstellingen te halen. Innovatie en opschaling zijn hierbij de sleutelwoorden. In de sector zijn al veel mooie voorbeelden van innovatieve duurzaamheidsconcepten te vinden. Maar om het tempo op te voeren moet de kopgroep van innovatieve bedrijven sterk uitbreiden. Bouwend Nederland, de vier technische universiteiten, vereniging van hogescholen, TNO en het bedrijfsleven uit de bouw- en installatiewereld hebben daarom hun krachten gebundeld in het Bouw en Techniek Innovatie Centrum (BTIC). Met deze faciliteit worden bouwbedrijven ondersteunt om de innovatieve weg verder in te slaan. Op voorwaarde dat het een open innovatie is ondersteunen universiteiten en overheid het bedrijf met kennis en financiële middelen. Het BTIC vormt het vliegwiel om bouw-, ontwerp-, en techniekinnovaties te versnellen. Ik nodig de isolatiebranche uit om mee te doen aan dit kennis- en innovatieprogramma en verder na te denken over nieuwe bouwprocessen en –producten. Want alleen als we met z’n allen de schouders eronder zetten, dan ben ik ervan overtuigd dat we in 2050 een CO2-neutrale gebouwde omgeving hebben.”

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in