Dit zegt Hein Tersteeg, die een lange staat van dienst heeft als adviseur, inspecteur en coördinator van thermische isolatieprojecten, CUI (corrosie onder isolatie) en asbestonderzoeken o.a. in de petrochemische industrie, industriële bedrijven en utiliteit. Momenteel werkt hij als isolatie, asbest en steigercoördinator bij ExxonMobil in het Rotterdamse havengebied. Tevens werkt hij in opdracht van NCTI als CINI-inspecteur voor diverse opdrachtgevers.
“Vooral in de petrochemische industrie speelt dit”, vertelt Tersteeg. “Waar veiligheid een groot goed is. We zien steeds meer dat veiligheid een integraal onderdeel wordt van het vakgebied. Er kan alleen maar worden gewerkt volgens strikte veiligheidsprocedures zoals o.a. is vastgelegd in Arbobesluit- en regels. Deze zijn echter nogal algemeen en overkoepelend. ExxonMobil heeft daarnaast een eigen systeem opgezet: het LPS-systeem. Bij LPS draait het vooral om communicatie over veiligheid op ieder niveau in de organisatie. Voortdurend zijn er gesprekken tussen de medewerkers, ook met die van contractors. Zo kunnen we van elkaar blijven leren.
Zelflerend systeem
“Natuurlijk kun je altijd, in wat voor veiligheidsprocedures je ook hanteert, menselijke fouten tegenkomen”, vervolgt Tersteeg. “Met het LPS-systeem wordt dit echter tot een minimum beperkt omdat iedere taak die verricht wordt zoals het isoleren van de leidingen, steigerbouw, verven enz. tot in de finesses wordt voorbereid. Iedereen die bij ons op de plant werkzaamheden verricht, dient dit, voordat hij/zij aan een klus begint, op papier te zetten en dit te bespreken met betrokken collega’s. Zeker ook voor een isoleerder. Als die opdracht krijgt om een leiding te inspecteren op CUI en isolatie en plaatwerk moet demonteren, dient hij wel te weten wat men kan aantreffen onder de isolatie. Dat kunnen door lekkage bijvoorbeeld chemische stoffen zijn. Stel dat een isoleerder dit tegenkomt dan moet hij direct stoppen met zijn werkzaamheden en wordt de omgeving afgezet en start er eerst een onderzoek of veilig gewerkt kan worden. Bevindingen worden daarna verwerkt in het LPS-systeem waarmee wordt voorkomen dat ze de volgende keer weer tegen dit probleem aanlopen”, aldus Tersteeg.
Observaties
Onderdeel van het LPS-systeem zijn observaties. Tersteeg: “We hebben veiligheidsmensen rondlopen die kijken of de werknemers zich aan de veiligheidsvoorschriften houden. Mochten er zaken voorkomen die aandacht behoeven dan wordt dit besproken en gerapporteerd.” Tersteeg noemt als voorbeeld het dragen van een veiligheidsbril. Het niet dragen hiervan kan veiligheidsproblemen opleveren. Er wordt dan gekeken waarom er geen veiligheidsbril wordt gedragen. In dit geval ging het om een klus aan hete leidingen waarbij de bril besloeg. We bespreken mogelijke alternatieve oplossingen en vermelden dit vervolgens in het systeem. Met de observaties kijken we ook meteen hoe een isolatiebedrijf scoort op het gebied van veilig werken. Mocht dit afwijkend zijn, dan gaan we om de tafel zitten met de contractor om dit, in gezamenlijk overleg, op te lossen. Want niet conform de specificatie isoleren kan een significant veiligheidsprobleem opleveren.”
Isolatie in de ontwerpfase
Tersteeg vindt dat isolatie in de ontwerpfase moet worden meegenomen. Wat we nu volgens hem regelmatig zien, is een dure installatie met een niet adequaat presterend isolatiesysteem. Gelukkig komt er steeds meer aandacht voor deze non-conformiteiten. Doordat het LPS-systeem een zelflerend systeem is, kunnen we al in een vroeg stadium dergelijke isolatie issues tackelen. In het begin is een nieuwe safety-systeem altijd lastig.” Tersteeg is ervan overtuigd dat het de isolatiecontractors en andere contractors op sites ten goede komt.”
Veiligheid en efficiency
“Veiligheid en efficiency is onlosmakelijke met elkaar verbonden”, stelt Tersteeg. “Gelukkig krijgt veiligheid steeds meer aandacht in de isolatiebranche, maar nog lang niet alle bedrijven zijn zich ervan bewust dat veiligheid ook de efficiency verbetert. Dat is jammer want met efficiency valt veel geld te verdienen. Het zijn vaak simpele oplossingen bijvoorbeeld bij het afstemmen van de isolatiewerkzaamheden in de utileitsbouw. De kennis van oudere werknemers kun je daar goed gebruiken om jonge werknemers daarin te begeleiden. Het mes snijdt zo aan twee kanten. “Hierdoor ontstaan er volgens hem minder issues en er worden minder fouten gemaakt.” Tersteeg vindt dat er op dit gebied ook een belangrijke taak is weggelegd voor de Stichting OOI en de VIB. “Begeleiding en het isolatiebewust maken van mensen is in deze materie heel belangrijk. Dat geldt niet alleen voor de isoleerder, maar ook de inkopers die de materialen en gereedschappen inkopen. Het moeten mensen zijn die het vak kennen.” Tersteeg pleit ervoor dat het inkopen in opleidingen en cursussen worden meegenomen. “Want goed gereedschap is het halve werk en dat geldt zeker ook voor de medewerkers in de binnendienst.”
Allround
Tersteeg vindt het jammer dat het vakgebied van allround isoleren aan het verdwijnen. “Het maakt het vakgebied veel interessanter. De ene keer ben je bezig met een project in de industrie en de andere keer in de utiliteit. Het ene project betreft cryogene isolatie en een ander project betreft het isoleren van ketels en fornuizen. Daarbij is het besef van isolatie bij veel opdrachtgevers nog steeds niet goed ingedaald. De isolatiebedrijven zitten vaak als laatste in het traject en moeten allerlei sprongen maken om snel te isoleren. Haastige spoed is in deze zelden goed. In dit geval nooit goed, want het vergroot de kans op risico’s. Alles bij elkaar genomen staat of valt alles met het hele pakket aan begeleiding, opleiding en de juiste mensen op de juiste plek. Materialen zijn niet het probleem, maar mensen die het op een verantwoorde en vakkundige wijze kunnen monteren.” Hier is volgens Tersteeg een belangrijke taak weggelegd voor de opleidingen en de branche.