Ab de Buck, chemisch technoloog en energiespecialist, maakt zich al lange tijd hard voor een duurzame wereld. Hij werkt bij NEN aan klimaatadaptatie (inspelen op de gevolgen van klimaatverandering zoals hitte en overstromingen). Daarvoor werkte hij o.a. bij de milieudienst DCMR Rijnmond en verdiepte zich als consultant en raadslid verder in milieubescherming. Wat hem daarin opviel is dat er binnen de politiek wel ruime aandacht is voor milieuvriendelijke manieren van energieopwekking zoals zonnepanelen en windmolens, maar dat er nauwelijks tot geen aandacht is voor energiebesparing. Terwijl daar logischerwijs snel substantieel voordeel te halen is. Een onlogische gang van zaken vond hij. Hij stelde deze blinde vlek aan de kaak. En dat had effect. In het regeerakkoord is de noodzaak en verplichting tot het nemen van energiebesparende maatregelen binnen de (groot) industrie inmiddels opgenomen.
“Ik werd getriggerd door een artikel in de NRC waarin gesteld werd dat we vanwege de klimaatdoelen niet om biomassa heen kunnen, zoals het Planbureau voor de Leefomgeving stelt. Er zouden geen alternatieven zijn, met name omdat zon en wind nog te weinig energie opleveren. Maar dat is natuurlijk niet zo,” stelt Ab. “het meest logische en voor de hand liggende alternatief is besparing. Juist in de energieverslindende grote industrie. Binnen deze sector aansturen op energiebesparing levert alleen maar voordelen op. Milieutechnische, maar zeker ook economische.”
Grote stappen te behalen met isolatie
“Via ingenieur werktuigbouwkunde Martine van der Post, eigenaar van het adviesbureau PostFossil, die in haar werk veel bezig is met isolatie van tankdaken kwam ik in contact met Jan Zanen en Hans Koole. Het werd de opmaat tot een goede samenwerking waarin we onze krachten gebundeld hebben om tot resultaat te komen. Waar we ons met name hard voor hebben gemaakt is dat ook de grote industriële bedrijven verplicht worden om energiebesparende maatregelen te treffen. Dat was geen makkelijk proces. Er bleek bedroevend weinig kennis en aandacht binnen het ministerie van Economische Zaken en Klimaat te zijn voor dit onderwerp. Maar met de contacten die we hebben kunnen activeren binnen de politiek, de kamerleden die we achter ons hebben gekregen, wetenschappers en mensen bij de milieudiensten is het gelukt om die verplichting tot energiebesparing in het regeerakkoord te krijgen. Dat is een grote stap voorwaarts. Nu komt het aan op de uitvoering.”
Urgentie is hoog
“Met de Russische inval in Oekraïne lijkt het een kwestie van tijd voordat de gastoevoer vanuit Rusland wordt afgeknepen. Als die wegvalt zijn er maar twee opties: óf de gaswinning in Groningen wordt geïntensiveerd, óf we gaan besparen op gas. Dat is het. Er is geen alternatief. Waren we 30 jaar geleden begonnen met serieuze maatregelen, dan was het anders geweest. Maar nu, op dit moment, zijn dit de enige twee mogelijkheden die er zijn. Ook met warmtepompen, die voor een flinke afname van het volume in gas kunnen zorgen zijn we er niet. Die lopen op stroom, stroom dat voornamelijk nog uit gas komt.”
Concrete maatregelen
“Concreet is er een aantal maatregelen te treffen:
• Isolatie van tankdaken.
• Isolatie van appendages.
• Inzet van thermografische scans.
Door kritisch te zijn op “energielekken” en deze te verhelpen door de tankdaken, koppelstukken, flenzen en afsluiters te isoleren zijn er grote besparingen te behalen in de industrie. Ter illustratie: van de 4 Mton die er binnen de industrie te behalen is aan energiebesparing is er niet minder dan 1,6 Mton (bij EU-ETS bedrijven) te halen uit isolatie.
Met de energiebesparingen die te behalen zijn zal er minder uitstoot en luchtverontreiniging zijn, kan de industrie efficiënter en daardoor meer concurrerend werken en levert het de isolatiebranche 3.400 mensjaren aan werkgelegenheid op. Het is het dan ook meer dan waard om hier serieus op in te zetten.”